Hoe maak je als leraar of mentor aan het begin van een nieuw schooljaar een vliegende start met je groep? En misschien nog belangrijker: hoe blijf je de dynamiek van die groep zo positief mogelijk beïnvloeden? Positieve groepsvorming gaat niet vanzelf. Scholen zoeken voor die uitdaging ook naar oplossingen buiten de deur.
Beweging, het als groep met elkaar bezig zijn op een andere locatie dan het klaslokaal, kan een belangrijke bijdrage leveren aan een goed groepsklimaat. Wilco Klaassen van Outback Explorers kent het schoolleven van zowel het basis- als het voortgezet onderwijs van binnenuit. Daarnaast helpt zijn ervaring als adventuretherapeut hem om complex gedrag binnen groepen om te buigen naar positiever omgaan met elkaar. Hij ziet als trainer, door bepaalde opdrachten waarin het bijvoorbeeld gaat om vertrouwen of communicatie, al snel de dynamiek in de groep naar boven komen.
Ervaringsgericht
Voor een training gaan de leerlingen naar een weiland of bos. De trainer brengt een auto vol met materialen die van pas (kunnen) komen mee. In zijn hoofd heeft hij een aantal opdrachten paraat. ‘Aan de ene kant is er letterlijk en figuurlijk veel bagage nodig om aan het werk te gaan, anderzijds ook heel weinig: een paar ballen en wat touwen kunnen voldoende zijn.’ Tussen de middag maken de leerlingen zelf hun eten klaar. In de loop van de dag verzamelen ze iets tastbaars dat verwijst naar de speerpunten waaraan ze gewerkt hebben. Ze zijn steeds volop in beweging.
‘Ik begin en kijk wat er gebeurt. Geef tien groepen dezelfde opdrachten, er zal bij alle tien compleet wat anders plaatsvinden. Dat is het verrassende van ervaringsgericht werken, waarbij je niet praat, maar doet. Als ik op een gegeven moment merk dat er voortdurend op elkaar gevit wordt, dan zet ik een opdracht in waarvan ik weet dat die al vittend pertinent niet lukt. Zo probeer ik een kant op te sturen die naar mijn inschatting voor deze groep nodig is, zodat ze ervaren hoe het óók kan. Een eerste aanzet tot nieuw gedrag! Dat gebeurt vooral in de reflectie, die afhankelijk van de groep en de opdracht, aan de voorkant, tussendoor en aan het eind kan plaatsvinden. Soms doe ik tussendoor, zonder bijbedoeling, een energizer (zie kader) en dan gebeurt er ineens van alles wat in deze groep kennelijk een issue is.’
Momenten
Reflectie vormt een essentieel onderdeel van de trainingen. Nadrukkelijk geeft Klaassen aan dat het echte werk van groepsvorming begint na de startdag. ‘Het is een illusie te denken dat ik als buitenstaander het roer in één dag kan omgooien. Ingeslepen patronen verander je niet zomaar. De kracht van deze manier van werken ligt in de betrokkenheid van de hele schil rond een groep. De doorgaande lijn in de klassen.’
De zzp’er wil docenten en leerkrachten een hart onder de riem steken. Hij vindt dat zij vaak onvoldoende beseffen hoe belangrijk zij zijn in het leven van hun leerlingen. Hoe waardevol het is om gewoon de tijd te nemen om hen individueel én als groep echt te zien. ‘De momenten die docenten daarin steken, betalen zich terug in een positieve groepssfeer. Ondanks de akelig hoge prestatiedruk. Heb oog voor je individuele leerlingen en voor de groep en pas daarna voor je kennisoverdracht. In deze volgorde!’
Mentor
Aandacht voor het individu en de groep als geheel ligt ook Ad Lamper, docent aardrijkskunde en mentor van de derde klassen havo, na aan het hart. Op het Calvijn College in Goes worden na de eerste twee jaar nieuwe klassen gevormd. De leerlingen komen dan vanuit de verschillende Zeeuwse locaties bij elkaar. ‘Ik zie vaak dat de leerlingen van de “oude” locaties bij het eten of samenwerken steeds weer bij elkaar kruipen. Ook corona bracht de noodzaak van bewust bezig zijn met groepsvorming des te meer aan het licht.’
De mentor verwacht geen wonderen van die ene dag trainen onder leiding van Outback Explorers. ‘De opbrengst van de training zit ‘m meer in het feit dat wij als docenten en mentoren onderling communiceren over wat we zien in de klassen. Wilco en ik hebben onze observaties gedeeld met alle betrokkenen van havo 3. Daardoor kunnen we beter inspelen op positieve groepsvorming. Die rust op twee pijlers: onderling vertrouwen en de wil om er als klas met elkaar iets van te maken. In mijn mentorklas ervaren leerlingen voldoende veiligheid om mij en elkaar te attenderen op leerlingen die het niet zo makkelijk hebben. Ik heb gelukkig tijd om het gesprek aan te gaan. Ik ben ook blij met de aandacht voor groepsvorming tijdens de gymlessen. Dan ontstaat er meer een doorgaande lijn.’
Hulpbron
Het werken vanuit het christelijk perspectief geeft meerwaarde aan pogingen om groepsvorming positief te beïnvloeden. Klaassen: ‘Een van de eerste stappen binnen de contextuele hulpverlening is het inzetten van hulpbronnen voor het individu of het systeem. Elke hulpbron die we inzetten, is tijdelijk van aard. Als christen mag ik weten dat er ook een Hulpbron bestaat Die nooit wegvalt.’ Hij vindt relaties belangrijk. Naar zijn overtuiging heeft God de mensen die hij in zijn werk mag ontmoeten, voor elkaar bedacht. ‘Ik vind het mooi een bijdrage te mogen leveren aan de beweging naar elkaar en aan de verdieping van de relatie.’
ENERGIZER MET BIJVANGST
De groep krijgt een opdracht iets te doen met gesloten ogen. Iemand raakt daarbij zo gefrustreerd dat hij afhaakt en onopgemerkt wegloopt. Tijdens de reflectie komt de groep erachter dat er iemand ontbreekt. Dat raakt hen. ‘Wij zijn blij dat de opdracht gelukt is, zonder door te hebben dat X niet meer meedoet. X, waarom heb je dat niet tegen ons gezegd?’
Uit het mooie gesprek dat volgt, blijkt dat op school ook zaken onuitgesproken blijven. Wanneer het lastig wordt, loop je gewoon weg.
Dit interview met Wilco Klaassen is afkomstig uit de DRS Magazine, dat wordt uitgeven door Driestar Educatief.